Anke Brouwers over het schrijven van 'Mooi zijn en zwijgen'

Anke Brouwers schreef met Mooi zijn en zwijgen een boek over machtige vrouwen in de Amerikaanse stille film. Tijdens de boekvoorstelling in boekhandel De Groene Waterman licht ze toe waarom ze dit boek wilde schrijven. Lees hieronder haar speech.

MOOI ZIJN EN ZWIJGEN: A Labour of Love

Dit boek is ontstaan uit liefde voor de stille film.

De stille filmperiode ligt ondertussen bijna honderd jaar achter ons en ik stel vast - niet alleen als docent filmgeschiedenis maar ook als cinefiel - dat er veel misverstanden of onvolledige kennis over stille film bestaat (vaak ook nog eens doelbewust pejoratief omschreven als stomme film) en dat dit vertekende beeld ervoor zorgt dat we er ofwel ver weg van blijven, ermee lachen, of dat we de hele periode wegzetten als een curiosum.

"Er bestaan veel misverstanden over stille film."

Deze reacties vind ik altijd erg sneu, want het sluit ons af van een groot stuk van de filmgeschiedenis waarin enkele van de mooiste, meest beklijvende, de ontroerendste, meest verwerpelijke, controversiële, progressieve, grappige, stoutmoedige en boeiende films zijn gemaakt. Ik maak me sterk, dat een goede stille film (ja, er bestaan ook slechte, zoals er ook heel veel slechte geluidsfilms bestaan), dat een goede stille film je na vijf minuten laat vergeten dat er geen hoorbare dialogen of nauwelijks geluidseffecten zijn en dat de acteurs andere acteercodes hanteren. Met een goede pianist of muzikale omkadering, een mooie projectie, een verduisterde zaal, een comfortabele stoel én een open geest is de magie van het stille scherm onweerstaanbaar. Een stille film slokt je op, verleidt je, bedwelmt je.

"Een stille film slokt je op, verleidt je, bedwelmt je."

De meeste onder ons denken bij stille film waarschijnlijk nog wel aan Charles Chaplin, misschien aan Buster Keaton, of aan het beeld van Harold Lloyd die bengelt aan een klok, Lillian Gish op een ijsschots op weg naar een afgrond, of de race to the rescue uit The Birth of a Nation van DW. Griffith (met dank aan BlacKkKlansman van Spike Lee en Forrest Gump van Robert Zemeckis die deze beelden (recent) opnieuw onder onze aandacht hebben gebracht) maar hoewel ik hun (iconisch) belang niet wil tegenspreken, vormen zij slechts één segment van het hele verhaal. Tussen de eerste geprojecteerde films uit 1895 tot na 1927 werden tienduizenden korte en lange stille films gemaakt, genres verschenen en verdwenen, sterren kwamen en vertrokken weer, visuele ideeën werden uitgetest en geïmplementeerd of afgevoerd, studio’s werden opgericht en gingen ten gronde, en de projector… die ratelde verder. De meer dan dertig jaar van stille filmproductie laat zich niet in één beeld of door één filmicoon vatten.

Stille film maakte voorts ook deel uit van een tijdsgewricht waarin niet alleen een nieuwe dramatische kunstvorm werd ontwikkeld - door experiment, creativiteit, trial and error - maar waarin de hele (toch al zeker Westerse) wereld op maatschappelijk, cultureel, technologisch, industrieel en politiek vlak grote omwentelingen doormaakte. Vrouwen maakten nadrukkelijk deel uit van dit proces. De stille film vertelt ook dat verhaal. Het stille filmmedium bood dan ook voor lange tijd ongeziene kansen aan vrouwen: ‘Go West young Women’ was een toepasselijke slogan, een variant op een oudere slogan gericht aan jonge mannen die hun geluk konden gaan beproeven aan de Amerikaanse Frontier in de 19de eeuw. Sluit je aan bij de filmkolonie want daar liggen kansen voor iedereen, was de leuze in de 20ste eeuw. De filmindustrie was immers een plaats waar vrouwen zich ongedwongen konden ontwikkelen en professionaliseren in de meeste functies, carrières konden opbouwen, het voortouw konden nemen, hun eigen verhaal konden schrijven. Ook de regisseur Lois Weber wist in 1915 dat de mogelijkheden voor vrouwen in film groot waren: It is good to be a director, liet ze optekenen, it is a labour of love.

"Het stille filmmedium bood voor lange tijd ongeziene kansen aan vrouwen."

De vrouwen die in dit boek aan bod komen - Mary Pickford, Pearl White, Gloria Swanson, Lillian Gish, Lois Weber, Alice Guy, Mabel Normand - vervulden op hun manier sleutelrollen in hoe Hollywood, hoe de filmindustrie, zich ontwikkelde in de jaren tien en twintig, hun invloed reikte vaak zelfs verder dan de filmindustrie. Ze werden rolmodellen, ze representeerden de moderne of Nieuwe Amerikaanse vrouw, ze waren carrièrevrouwen, managers en hun eigen koppige baas op een moment dat dit nog als onvrouwelijk, onnatuurlijk en zelfs problematisch werd beschouwd in de meeste kringen.

En toch zijn hun namen relatief onbekend. Ze zijn vaak voetnoten in historische overzichten of ze zijn zelfs heel lang volledig onvermeld gebleven in traditionele filmgeschiedenissen (standaardwerken en curricula in scholen). Over actrice en onafhankelijk producente Mary Pickford (mijn cover girl) schreef Paul Rotha, een historicus, in twee zinnen dat hij haar niet zo goed begreep om vervolgens zeven pagina’s lang de films van Douglas Fairbanks (haar echtgenoot, die hij blijkbaar wél begreep) te bejubelen. De regisseur Lois Weber raakte volgens Anthony Slide, een andere historicus ‘de weg kwijt in de filmgeschiedenis’ (een vergelijking met een licht stereotype ondertoon) en ze werd volgens Richard Koszarski zelfs ‘forgotten with a vengeance’ (vergeten uit wraak).

Het feit dat deze vrouwen zo lang zo verkeerd zijn voorgesteld, zo hartstochtelijk vergeten zijn, heeft één lichtpuntje: het heeft mij de kans gegeven om hun ongelofelijke verhalen te boek te stellen. Virginia Woolf vroeg zich ooit af waarom we zo weinig weten over de levens van vrouwen (over zowel hun innerlijke als over hun publieke leven). Haar antwoord was dat ze de ‘supporting cast van de geschiedenis zijn.’ Mijn boek heeft dus nadrukkelijk tegen type gecast, want hier nemen de vrouwen, samen met de andere vergeten werkers van achter de schermen (van de stunt dubbels tot de dieren) de voornaamste rollen in.

"Het feit dat deze vrouwen zo lang zo verkeerd zijn voorgesteld, zo hartstochtelijk vergeten zijn, heeft één lichtpuntje: het heeft mij de kans gegeven om hun ongelofelijke verhalen te boek te stellen."

Om mijn passie voor het filmmedium te duiden citeer ik tot slot Vladimir Dimitriev (van het Russische filmarchief Gosfilmfond) die ooit over Jacques Ledoux, de eerste conservator van het Belgisch filmarchief, het volgende schreef:

‘He loved cinema the way they did long ago. Not because it was a reflection of human culture, a historical document or because it had material value. Just because it was cinema- something magical in a metallic box, a permanent secret, there to be puzzled about, and twice as beautiful since the puzzle can never be completely solved.

Hoewel ik ook houd van film omwille van de eerst genoemde redenen (als historisch document, als uiting van menselijke creativiteit, omdat het materiaal patrimonium is) ben ik toch ook vooral verknocht aan cinema omdat het zo’n fascinerende puzzel is. Onoplosbaar, een eeuwige uitdaging, mooi in zijn onvolmaaktheid.


Alle speeches bij Mooi zijn en zwijgen